De vrouw is dienstbaar aan de man



Dit weekend was ik in Limburg. Mijn man, oudste zoon en aangetrouwde neef hadden zich ingeschreven voor de Boogie’s Extreme, een fietstocht over de bergen in Limburg. Het zijn enthousiaste racefietsers. Ik was mee want ik vind het altijd gezellig om te kamperen en al helemaal met deze drie. Ik was ook mee voor de catering. Vooraf had ik boodschappen gedaan en tijdens het weekend maakte ik ontbijt, zette ik koffie, bracht lekkere hapjes en kookte ik de eerste avond voor de mannen; gebakken aardappelen, hamburger en een uitgebreide salade. Ik had dat bewust gekozen omdat ik weet dat onze oudste zoon (bijna 33) daar altijd zo van geniet. De mannen zijn harde werkers, ze maken veel uren en zijn perfectionistisch in wat ze doen. Een weekend als dit is, om mijn zoon te citeren, een cadeautje! Voor mij geldt ‘wel de lusten, niet de lasten’ want ik zou er niet aan moeten denken om die bergen op te fietsen. Wel deed ik graag mee aan een terrasbezoekje, een avondje uit eten en koffie met vlaai op de Vaalserberg. Leve het mobieltje.

Onze neef maakte zich zorgen over mijn zorgende rol in dit geheel. Ik kon hem er lastig van overtuigen dat ik me niet opofferde maar dat ik genoot van het meewerken aan hun genieten. Kent u dat? Ik kan soms zo genieten van het genieten van een ander. Als je je best hebt gedaan op een etentje en de mensen zitten te smikkelen. Als je iemand hebt opgehaald omdat de trein niet rijdt. Als je iets voor iemand hebt gevonden, dat hij al zo lang zocht. En dus nu ook in Limburg dat ik deze lieve mannen zie genieten en ontspannen en ik hen met een beetje zorg en aandacht kan koesteren.

Ben ik nu dienstbaar? Ja ik geloof het wel. Vind ik dat erg? Nee.

Een paar zondagen geleden (23-8) werd een stuk uit de brief van Paulus aan de mensen van Efeze voorgelezen. Het is er in vele vertalingen maar welke woorden er ook worden gebruikt, voor vrouwen van na de emancipatiegolf in de jaren ’60 en ’70 van de vorige eeuw wekt het altijd een reactie op. Zo ook deze keer. De priester ging er met humor op in. Ik ken een aantal van deze vrouwen en ik weet met hoeveel liefde en toewijding ze zich inzetten voor hun mannen. Ik weet hoeveel het sommigen van hen kost. Ik weet ook hoe blij de mannen zijn met hun vrouw en met de zorg die ze hen geven. Diestbaarheid en dankbaarheid zijn woorden waar we allergisch voor lijken geworden. We luisteren naar de lezingen alsof deze ons zeggen wat we moeten maar misschien zijn het aansporingen. Volgens mij is de relatie die is gebaseerd op liefde er een die van nature dienstbaar is. Je wilt toch dat je dierbaren gelukkig zijn? Zoals ‘mijn’ mannen die uitgeput en door en door nat aankomen op de Cauberg en ik daar sta om hen op te halen zodat ze niet nog een berg op hoeven te fietsen in de stortregen om bij de camping te komen. En op hun lachende gezichten kan ik weer weken teren.

(Nalezen? Efeziërs 5, vers 21 en verder. Zelf houd ik altijd het meest van de Willibrordusvertaling)


22 April 2015, Gepost door Liesbeth van Gool